Home > Katten > Orgaanproblemen bij katten > Hartproblemen en HCM bij de kat
Hartproblemen en HCM bij de kat
Hartproblemen komen zeer veel voor bij katten. HCM, ofwel hypertrofische cardiomyopathie, komt verreweg het meest voor bij de kat. Andere oorzaken zoals RCM (restrictieve cardiomyopathie) of aangeboren hartafwijkingen komen ook voor. Om de diagnose goed vast te kunnen stellen is echografie, eventueel samen met een röntgenopname, essentieel. De prognose en dus ook de behandeling hangt af van de oorzaak en de ernst.
Katten met een hartprobleem laten dit meestal heel slecht zien
De verworven hartproblemen bij de kat (waaronder H.C.M.)
Hypertrofische Cardiomyoplathie of HCM.
Wat zijn de symptomen van HCM bij de kat?
- Geen. Heel veel katten lopen met HCM rond zonder dat de baasjes iets opgemerkt hebben.
- Vocht in de borstholte en/of longen met benauwdheid tot gevolg. Dit treedt op als er ernstig hartfalen is ontstaan.
- Thrombose. Dit zijn stolsels die zich vormen in het hart (om precies te zijn in het linker hartoortje) bij oia HCM en die kunnen leiden tot verlammingen.
- Slechte conditie.
- Flauwvallen.
Hoe stellen we de diagnose van HCM bij de kat?
- Echografie
Er is vaak een typische hartspierverdikking te zien van het septum of de linkerkamer wand. Vaak zien we complicaties optreden zoals een vernauwing van de aortainstroomopening of SAM (systolic anterior movement of the mitral valve leaflet). Hierbij staat de klep tussen de linker boezem en kamer open op het moment dat de kamer samentrekt. Deze klep dient normaliter op dat moment gesloten te zijn. Het gevolg hiervan is een nog ergere afsluiting van de aorta en lekkage van deze klep.
Als gevolg van al deze veranderingen zien we bij katten vaak uiteindelijk dat de linker boezem bij HCM gaat uitzetten. Soms vormen zich ook stolsels in de linker boezem. (zie verder).
- Röntgenopname
Op een röntgenopname is vaak een vergroot hart te zien bij HCM. Andere hartproblemen kunnen dit ook geven. Ook is er op een röntgenopname vocht in de longen of borstholte te zien.
- Bloedonderzoek
Tevens kan men via bloed screenen op HCM. Voor HCM bij de kat (Maine Coon) zijn er namelijk twee genetische markers ontdekt. Bloedonderzoek kan aanwijzen of een kat drager is van deze genen. Indien dit het geval is, is het verstandig niet te fokken met die kat. Een kat die negatief is voor deze markers kan echter nog wel HCM krijgen. Dit, omdat er zeer vele andere (nog niet ontdekte) genen een rol spelen HCM.
Restrictieve cardiomyopathie of RCM
Aangeboren hartafwijkingen bij de kat
Aortastenose
Pulmonaalstenose
Persisterende ductus arteriosus van Botalli (PDAB)
Ventrikel septum defect
Atriaal septum defect
Klepinsufficiënties en stenoses
- De mitraalkleppen. Dit zijn de kleppen tussen de linker boezem en kamer. Dit leidt tot linker hartfalen.
- De tricuspedaalkleppen. Dit zijn de kleppen tussen de rechter boezem en kamer. Dit leidt tot rechter hartfalen.
- De aortakleppen. Stenose is al beschreven hierboven. Insufficiëntie leidt tot linker hartfalen.
- De pulmonaalkleppen. Stenose is ook reeds beschreven. Insufficiëntie leidt tot rechter hartfalen.
Overige aangeboren hartafwijkingen
Combinaties van de bovenbeschreven hartafwijkingen komen ook voor. Soms zijn er nog ernstigere afwijkingen mogelijk, zoals de tetralogie van Fallot. Dit is een ernstige hartafwijking waarbij we een ernstig ventrikelseptumdefect vinden met een rijdende aorta (deze ontvangt bloed vanuit rechter en linker ventrikel) en een pulmonaalstenose. Tevens is er een verhoogde bloeddruk in de longslagader (pulmonaire hypertensie) (zie ook Link).
De symptomen van een hartprobleem bij de kat
- Bemoeilijkte en versnelde ademhaling. Normaliter is de ademfrequentie bij de kat in rust (dus als ze slapen! Niet als ze lopen, rennen of spelen) maximaal 30 maal per minuut. Een hogere frequentie kan wijzen op hartfalen of longproblemen.
- Slechtere conditie.
- Cyanotische (blauw gekleurde) slijmvliezen. Dit komt door de slechte zuurstofuitwisseling in de longen.
Hoe stellen we dce diagnose van een hartprobleem bij de kat?
- Auscultatie. Hierbij beluisteren we het hart en de longen met een stethoscoop. Arhytmien (ritmestoornissen) en hartruizen (bij lekkages) zijn te horen en soms ook vocht in de longen. De oorzaak is met een stethoscoop echter nooit met 100% zekerheid te stellen.
- ECG ofwel elektrocardiogram
Hierbij meten we het hartritme. Een ECG brengt de elektrische activiteit in beeld van het hart (en eventueel andere spieren of apparaten in de buurt). Het wordt tegenwoordig met name gebruikt voor ritmestoornissen of tijdens een echocardiografie.
- Röntgenopnames. Hiermee kunnen we vocht in de longen en/of borstholte zien en kunnen we een hartvergroting vaak beoordelen. Om het hart echter goed te kunnen onderzoeken, is een echografie informatiever.
- Echocardiografie. Hiermee ‘bekijken’ we het hart met een echograaf. De grootte van alle kamers is te meten. Teven is met Doppler te zien of er lekkages of vernauwingen zijn. Dit instrument is onmisbaar geworden in de veterinaire cardiologie en heeft andere onderzoeksmethodes gedeeltelijk vervangen.
- Bloedonderzoek. In hartspiercellen bevinden zich enzymes. Bij hartspierschade of hartproblemen kunnen deze verhoogd in het bloed terecht komen. Hierdoor kunnen we zien of er een hartprobleem aanwezig is. De oorzaak is hiermee echter niet met zekerheid vast te stellen. De meest gebruikte zijn Tropinine I en NT-Pro-BNP.